top of page

Deze films wil je zien na het lezen van Tarantino’s boek

Bijgewerkt op: 5 feb.

In Filmspeculatie beschrijft Quentin Tarantino bevlogen zijn filmische coming of age. Maar naast een persoonlijk boek vol prikkelende essays, sprankelende anekdotes en frisse perspectieven op cinema is de essaybundel van de Pulp fiction-regisseur vooral een inspirerende gids voor filmliefhebbers. Dit zijn de intrigerendste films die QT op de radar zet.


Detail van de cover
Detail van de cover

‘Violence is one of the most fun things to watch.’ Dat staat op mijn onofficiële Tarantino-shirt boven een bloederig tafereel uit Reservoir dogs (1992), het langspeeldebuut van de Amerikaanse regisseur die pulp tot cinema promoveerde. Tijdens het lezen van Filmspeculatie, een wat knullige titel voor een bundel die een aanstekelijke blik op jaren 1970-film werpt, wordt het duidelijk waarom Tarantino geweld geweldig vindt: de kleine Q groeide op met een verknipt dieet van nihilistische films. Van misdaadfilms als Bullitt (1968) en een verontrustend drama als Deliverance (1972) tot een resem wraakfilms zoals The outfit (1973) en Taxi driver (1976). Niet gek dus dat deze nu de basis vormen van zijn eerste non-fictieboek, waarin hij even ratelend als enthousiast vertelt over al de ‘geparafraseerde remakes’ en ‘revengeamaticfilms’ – de term die hij voor wraakfilms gebruikt – die zijn blik vormden.


Maar meer nog dan de dertien bekendere films waaraan Tarantino elk een hoofdstuk wijdt, schuilen de vergeten pareltjes in een bijzin of anekdote. En dat zijn er veel. Het register van Filmspeculatie telt dan ook 21 pagina’s barstensvol namen en filmtitels. QT weet dat hij zijn lezer platbombardeert met al zijn genamedrop, maar het is doelbewust. ‘Als je dit boek leest, hopelijk om iets op te steken, en je hoofd tolt van al die namen die je niet kent, gefeliciteerd, je bent iets aan het leren.’


Welke films moet je bekijken na het lezen van Filmspeculatie?


‘Joe’ (1970)


Toen Joe in 1970 verscheen, maakte deze film van John G. Avildsen volgens Tarantino heel wat ophef. Afgaande op de korte inhoud – een radeloze vader uit de hogere klasse die toekijkt hoe zijn dochter (debuutrol voor Susan Sarandon) wordt opgeslorpt door de hippiescène van die tijd en daarna het heft in eigen handen neemt – kan je je dat levendig voorstellen. Zeker als je weet dat er finaal een brutale slachtpartij plaatsvindt die weinig aan de verbeelding overlaat.


Hoewel Tarantino gretig met spoilers strooit, werkt zijn geestdrift zo aanstekelijk dat je deze vergeten film toch wil zien. ‘Hoe rauw, lelijk en gewelddadig Joe ook is, de film is in essentie een gitzwarte komedie over klasse in Amerika die grenst aan satire, terwijl hij ongelooflijk vuil is. Arbeidersmilieu, gegoede burgerklassen en jongerencultuur worden vertegenwoordigd door hun allervreselijkste representanten (echt elke man in de film is een walgelijke idioot).’


'Joe' schetst een verwrongen beeld van Amerika
'Joe' schetst een verwrongen beeld van Amerika

‘The verdict’ (1946)


Don Siegel is een van de namen die het vaakst voorkomt in Filmspeculatie. Hij is ook de enige regisseur waarvan twee films uitvoerig behandeld worden in aparte hoofdstukken: Dirty Harry (1971) en Escape from Alcatraz (1979). Hoewel deze films bruisen van de energie was Siegel in de jaren 1970 al een oude rot in het vak, waardoor hij volgens Tarantino’s bronnen al eens in slaap viel tijdens de regie van Telefon (1977) en Rough cut (1980). Over de reden dat dit bij Escape from Alcatraz niet gebeurde, geeft Tarantino verschillende verklaringen. De beste: Siegel was bang dat Eastwood de regie zou overnemen tijdens zijn middagdutjes.


Tussen de regels door prijst Tarantino echter ook Siegels debuutfilm The verdict, niet te verwarren met Sydnet Lumets film met Paul Newman uit 1982. ‘De gelijkenis van de film met het grootste populaire succes van de regisseur is zo buitengewoon, dat het verrassend is dat Siegel het nergens meldt in zijn autobiografie.’ Zo schrijft Tarantino dat het bijna komisch is om te zien hoezeer dit debuut over een agent die verantwoordelijk is voor de executie van een onschuldige man al de karakteristieke kenmerken laat zien waar Siegel later beroemd om zou worden. ‘Ten eerste is het een detectieveplot dat volledig draait om Siegels prikkelende vermogen om het publiek op het verkeerde been te zetten, een verteltechniek waar hij vaak gebruik van maakte.’ Om van de gelijkenis van de hoofdrolspeler van The verdict, hoofdinspecteur van politie van Scotland Yard (Sydney Greenstreet) met onder andere Harry Callahan (Clint Eastwood) nog maar te zwijgen!



‘Point blank’ (1967)


De kleine Quentin keek niet enkel naar film, hij las ook graag. Zo heeft hij het in Filmspeculatie uitvoerig over Donald Westlake, een thrillerauteur die onder het pseudoniem Richard Stark boeken schreef over de gangster genaamd Parker. Deze romans dreven op het conflict tussen Parker en de andere leden van zijn team die niet zo professioneel waren als hij. ‘De eerste drie boeken in de serie zijn met elkaar verbonden’, schrijft Tarantino. ‘Het eerste boek, The hunter, werd beroemd door John Boormans filmbewerking Point blank, met Lee Marvin als de eerste van vele film-Parkers (in deze heet hij Walker).’


Hoewel velen deze film van John Boorman al gezien hebben, geeft Tarantino er een frisse draai aan door deze naast een andere prikkelende film te plaatsen. ‘Naar mijn idee is de beste film-Parker niet afkomstig uit een bewerking van een van Starks boeken. Het is Robert De Niro als de gewapende overvaller Neil McCauleys in Michael Manns Heat. Terwijl het verhaal niet letterlijk gebaseerd is op een Richard Stark-roman is het voor iedereen die niet blind is duidelijk dat McCauley geïnspireerd is door, zo niet rechtstreeks gebaseerd op Parker.’ Point blank als geestverwant van Heat? Double bill alert!


Lee Marvin in 'Point blank'
Lee Marvin in 'Point blank'

‘Caged heat’ (1974)


Voor hij naam maakte met de Talking Heads-film Stop making sense (1984), de Hannibal Lecter-klassieker The silence of the lambs (1991) en Philadelphia (1993) werkte Jonathan Demme in de marge van Hollywood. Hij maakte er in de seventies exploitationfilms die in drive-in-bioscopen en groezelige zaaltjes gespeeld werden, vaak als onderdeel van een goedkope double bill. Zijn debuut is Caged heat, een thriller uit 1974 over een vrouwengevangenis waar een groep gevangenen in opstand komt tegen het hardvochtige bewind.


Tarantino gebruikt deze thriller om de loftrompet af te steken voor filmkritiek in het algemeen en filmjournalist Kevin Thomas in het bijzonder, de tweede filmrecensent voor de Los Angeles Times die deze film – net als veel andere exploitationfilms – passioneel verdedigde. ‘Voor Vincent Canby, voor Richard Corliss, voor Kenny Turan, voor Pauline Kael en haar ‘Paulettes’ zich achter Demme schaarden, was de recensent die de carrièrevoortgang van de jonge filmer het meest gestimuleerd heeft, Kevin Thomas.’


Tarantino’s tiende film, die normaal dit najaar in productie zal gaan, heeft de werktitel The movie critic. QT beweerde onlangs dat de film niet over de iconische Pauline Kael zal gaan, dus misschien focust zijn laatste film wel op deze bevlogen filmcriticus die blijkbaar te boek staat als de ‘longest-running film critic among major United States newspapers.’



‘Death wish’ (1974)


Lang voor Liam Neeson amok maakte in Taken of Keanu Reeves botten brak als John Wick had je Charles Bronson als Paul Kersey, een brave architect die na de laffe moord op zijn vrouw en verkrachting van zijn dochter (door Jeff Goldblums personage, een nogal dubieus debuut voor de ster van The fly en Jurassic Park) het heft in eigen handen neemt. Zijn missie? Het vuile New York van de jaren 1970 zelf opkuisen met een relatiegeschenk van een schietgrage Texaanse zakenpartner.


Hoewel Tarantino heel vaak op Death wish terugkomt, vat hij mooi in een zin samen waarom je deze revengeamaticfilm moet zien. ‘Het komt hierop neer: als je Taxi driver van Martin Scorsese verafgoodt (zoals ik), dan heb je het aan Death wish van Michael Winner te danken dat de film er ooit is gekomen.’


Is Charles Bronson de voorloper van Travis Bickle?
Is Charles Bronson de voorloper van Travis Bickle?

‘Rolling thunder’ (1977)


Hoewel Tarantino de hoofdstukken uit Filmspeculatie steeds ophangt aan wat populairdere films die vandaag nog steeds een belletje doen rinkelen, krijgt het wat vergeten Rolling thunder toch een eigen hoofdstuk. Deze schokkende film over een Vietnamveteraan die na jaren gevangenschap naar zijn geboortedorp terugkeert en daar als een held ontvangen wordt (maar door z’n gezin verstoten wordt), is geschreven door Paul Schrader (samen met Don Siegel een van de hoofdrolspelers van Filmspeculatie) en geregisseerd door John Flynn.


Tarantino vertelt levendig hoe hij al de John Flynns in het telefoonboek opzocht om te vragen of hij de regisseur was van Rolling thunder. Het leverde hem een interview met zijn toenmalige held op. ‘Flynn legde me de geschiedenis van het project uit’, schrijft Tarantino enthousiast in het voorlaatste hoofdstuk. ‘De jonge Paul Schrader schreef Rolling thunder voor The Yakuza, nadat hij zijn eerste script, Taxi driver af had. Samen vormden de drie scripts een interessante trilogie.’ Je kan in slechter gezelschap vertoeven.



‘American hot wax’ (1978)


Dat Tarantino van muziek houdt, was al duidelijk toen hij Stealers Wheels oorwurm ‘Stuck in the middle with you’ oplegde op het moment dat Mr. Blonde (Michael Madsen) een onfortuinlijke politieman foltert in zijn filmdebuut Reservoir dogs. Ook in Filmspeculatie gaat Tarantino dieper in op zijn liefde voor muziek, met name voor rock-’n-roll uit de jaren 1950 en soul uit de jaren 1970.


In het laatste hoofdstuk, dat emotioneel een pak dieper snijdt dan de voorgaande delen, schrijft Tarantino over een zekere Floyd. Hij was een 37-jarige man die bij Tarantino thuis woonde toen hij een tiener was. Floyd was een onbetrouwbaar sujet, een vagebond die om niets of niemand gaf. Toch bewonderde de jonge QT hem, omdat ze elkaars smaak deelden. ‘Het was te gek om een film als American hot wax met Floyd te bekijken’, herinnert hij zich over de film rond de bekende DJ die rock-’n-roll uit de fifties populair maakte. ‘Om te beginnen legde hij me uit wie Screamin’ Jay Hawkins was en moest hij lachen om de man die moest doorgaan voor Dee Clark. En over Tim McIntire (die diskjockey Alan Freed speelde) zei hij: ‘Alan Freed leek voor geen meter op die klootzak.’


In Filmspeculatie ontpopt Tarantino zich gaandeweg eigenlijk zelf tot een soort Floyd, een passant in iemands leven die met zijn ongebreidelde enthousiasme de passie en geestdrift van anderen aanvuurt om daarna doodleuk weer verder te gaan met z’n eigen leven. Er zijn minder nobele bezigheden.



Filmspeculatie verscheen onlangs bij Nijgh & Van Ditmar. Schrijf je hier in op onze nieuwsbrief als je dit boek wil winnen.

 

Lees je onze interviews, recensies en artikels graag? Waarom ons niet steunen voor €5, €10, €25 of €50? Schrijf je hier in op onze wekelijkse nieuwsbrief.



bottom of page