top of page

Exit mannenbastion, enter gendergelijkheid in Vlaanderen?

Onlangs onderzocht VUB-communicatiewetenschapper Ynske De Neve de man-vrouwverhoudingen in de Vlaamse filmsector. Daaruit bleek dat er nog steeds sprake is van genderongelijkheid. Welke veranderingen zijn er nodig voor een meer gendergelijk filmlandschap?


Een beeld uit 'Women make film', de documentaire van Mark Cousins over vrouwelijke filmmakers.

‘And here are the all male nominees’. Natalie Portman sprak de legendarische woorden ondertussen drie jaar geleden uit op de Golden Globes tijdens de uitreiking voor beste regisseur. Enkele maanden later verzamelden 82 vrouwen zich op de trappen van het filmfestival van Cannes om rechtvaardigheid te eisen.


Die 82 is niet zomaar een getal. Integendeel, het is het aantal vrouwelijke regisseurs dat in de toen 71-jarige geschiedenis van het festival geselecteerd waren voor de officiële competitie. Tegenover 82 vrouwen stonden meer dan 1645 mannen die in de geschiedenis van het festival in de running waren voor een Gouden Palm. In juli van dit jaar, op de 75e editie van het festival, mocht Julia Ducournau als tweede vrouw ooit in de geschiedenis van het festival het beeldje ontvangen.


Uit cijfers van The Celluloid Ceiling blijkt dat in 2019 van alle regisseurs, schrijvers, executive producers en cinematografen slechts 21% vrouwelijk was

Het verbaast dan ook niet dat gender en ongelijkheid in de filmindustrie de afgelopen jaren in de kijker stond. Verschillende studies bevestigen de observatie dat er een structureel probleem van ongelijkheid in de filmwereld zit. Zo blijkt uit de cijfergegevens van The Celluloid Ceiling, het langstlopende en meest uitgebreide onderzoek naar werkgelegenheid van vrouwen achter de schermen, dat van alle regisseurs, schrijvers, executive producers en cinematografen 21% vrouwelijk was voor de top 250-films van 2019.



‘Meiske’


De problematiek is niet enkel een internationaal of Europees fenomeen – ook in Vlaanderen kwam genderongelijkheid in de filmsector de afgelopen jaren op de voorgrond te staan. Binnen die specifieke Vlaamse context werkte ik het voorbije jaar aan mijn masterproef onder begeleiding van professor Kevin Smets. Het uitgangspunt was om in een verkennend onderzoek te kijken hoe vrouwen de man-vrouwverhoudingen in de Vlaamse filmsector ervaren.


In de eerste plaats was er natuurlijk de vraag of ze nog genderongelijkheid ervaren en indien dit zo was, op welke manieren. Hiervoor analyseerde ik beleidsdocumenten en legde ik contact met tien vrouwen uit de sector die elk heel verschillende beroepen uitoefenen, gaande van scenariste tot regisseuse en assistant director. Daarnaast ging ik ook in gesprek met drie organisaties (Represent, WIFTM en Wanda Collective) die zich elk op hun eigen manier inzetten voor gendergelijkheid in de sector.


Termen als ‘mieke’ en ‘meiske’ voor vrouwelijke medewerkers zijn niet ongewoon.

Uit die gesprekken blijkt dat er nog steeds genderongelijkheid ervaren wordt. Dit gaat van infantilisering in de manier waarop ze worden aangesproken tot en met frustraties over structureel vrouwonvriendelijke structuren en het bijhorende machtsmisbruik door mannelijke collega’s en bazen.


Wat betreft de infantilisering zijn termen als ‘mieke’ en ‘meiske’ om te refereren naar vrouwelijke medewerkers niet ongewoon, zo gaven de respondenten aan. Met vrouwonvriendelijke structuren wordt voornamelijk gewezen op de verticale organisatie van de audiovisuele sector. Hoe hoger de functies, hoe meer mannen die jobs bekleden. Zowel de stakeholders, de programmamakers van grote filmfestivals als beslissende functies in productiehuizen zijn heel vaak mannen. Pitches voor nieuwe films gebeuren dan ook heel vaak voor mannen.


Doordat het zo vaak mannen zijn die aan het hoofd staan, houden de geldende machtsverhoudingen de genderongelijkheid verder in stand. Dit is terug te leiden tot de implicit bias die minder opvallend is omdat er zo weinig vrouwen op beslissende posities staan of aan tafel zitten. Wanneer er geen vrouw rond de tafel zit die erop kan wijzen dat bepaalde zaken implicit bias zijn ten opzichte van vrouwen, dan zal er daarvoor ook geen aandacht zijn. Tegelijk zijn er ook scheve machtsverhoudingen op sets, hetgeen sommige vrouwen als intimiderend ervaren.



Quota? Quota!


Deze bevindingen zijn een goede aanvulling op eerder onderzoek. De masterproef van Vicky Van Bellingen aan de VUB toonde eerder al cijfermatig aan dat er nog steeds genderongelijkheid is in de Vlaamse filmsector. Het onderzoek van deze masterproef bevestigt dat de ondervraagde vrouwen en organisaties dit ook zo ervaren.


De vraag is natuurlijk: welke veranderingen zijn er nodig om naar een meer gendergelijke Vlaamse filmindustrie te gaan?


Naast sensibilisering en de ondersteuning door organisaties zoals Wanda Collective kwamen twee duidelijke zaken naar voren. Enerzijds is er nood aan vrouwelijke rolmodellen, bijvoorbeeld onder de docenten of in het curriculum van de filmscholen. Meerdere keren kwam naar voren dat er in de lessen heel weinig vrouwen als voorbeelden werden gebruikt. Volgens het principe: ‘when you can see it, you can be it’ is het uiterst nadelig dat jonge mensen die de toekomst van de Vlaamse filmsector zullen worden vanuit de filmscholen niet meekrijgen wat allemaal mogelijk is. Zeker de jongere vrouwen willen ook meer kunnen opkijken naar vrouwen in hun sector.


Het invoeren van quota is wellicht de enige manier is om oude machtsstructuren te doorbreken.

Anderzijds klinkt ook een roep om regulering. Concreet geven de vrouwen aan dat het invoeren van quota wellicht de enige manier is om echt structurele verandering te brengen en oude machtsstructuren te doorbreken. Belangrijke kanttekening bij quota is dat er dan ook aandacht moet gaan naar diversiteit in de breedst mogelijke zin. Want het heeft geen zin om quota in te voeren die opnieuw in het nadeel zijn van een bepaalde groep vrouwen.


De geïnterviewden en organisaties hebben een positieve vooruitblik, zeker wat betreft de aanstormende jongere generatie die de filmwereld binnenrolt. Daarnaast heeft het VAF een werkgroep gendergelijkheid opgericht. Ondertussen blijven WIFTM, Wanda Collective en Represent bezig met het organiseren van verschillende projecten om te sensibiliseren en vrouwen in de sector te ondersteunen gaande van meterschap tot een platform bieden aan (jonge) vrouwen. Laat ons hoopvol naar de toekomst kijken.


 

Genoten van dit artikel? Neem een jaarabonnement op Humbug en ontvang elk kwartaal een oogstrelend magazine in je bus. Zo maak je meteen ook onafhankelijke filmjournalistiek mogelijk.



bottom of page